HEARTZ

Ablatie

Ablatie is een behandeling bij hartritmestoornissen. Bij hartritmestoornissen is de elektrische aansturing van het hart verstoord. Er ontstaan prikkels op verkeerde plaatsen, of ze volgen een verkeerde route over het hart. Bij een ablatie beschadigt de arts het hartweefsel juist op die plaatsen. De littekens die ontstaan, blokkeren de geleiding van elektrische prikkels.

De arts kan op drie manieren littekens maken:

RF ablatie – Verhitten met radiofrequente energie

Het puntje van een speciale katheter wordt verwarmd tot ongeveer 50 graden Celsius. Met dat puntje kan de cardioloog heel nauwkeurig zeer kleine stukjes weefsel wegbranden.

Cryoablatie – Bevriezen

Bij cryoablatie wordt een vloeibaar koelmiddel (stikstofoxide, lachgas) in de holle punt van een cryoablatiekatheter gebracht. Het koelmiddel verdampt, waardoor warmte aan het omringende weefsel wordt onttrokken. Er ontstaat ijsvorming, waardoor het geselecteerde weefsel wordt beschadigd. Er vormt zich littekenweefsel dat geen elektrische prikkels meer doorgeeft.

Septum ablatie – Alcohol ablatie

Via de lies wordt een ballonkatheter in de slagader aangebracht en opgeblazen. Door een contrastmiddel te injecteren kan de arts de verdikking in het hart lokaliseren. Door vervolgens een kleine hoeveelheid zuivere alcohol via de katheter op die plek te injecteren zullen de cellen daar afsterven. De verdikking krimpt dan terug naar een meer normale grootte in de maanden die daarop volgen.